Het bestuderen van de angsten en de suggestieve invloeden versterkt de afweer

Voordracht van Heinz Grill van 1 maart 2020

Door het grondig bestuderen en onderzoeken van het boze, het negatieve in de wereld, alle verschijningsvormen, die de mens zo onaangenaam en tegenstrijdig voorkomen, kan men zich, wanneer men tot een moedige aanschouwing bereid is, in het innerlijke oprichten en kan men zich bovendien, op vlak van de gezondheid versterken. Naast de louter fysieke gezondheidskwestie is het belangrijk, zorgvuldig de ontwikkelingsdimensie van het mens-zijn te leren kennen. Doordat het individu de ontwikkeling op integrale wijze, zowel lichamelijk alsook ziels-geestelijk, nauwkeurig bestudeert, hoe deze in op elkaar werkende cycli en ritmes verloopt, kan hij de wereldfenomenen en de verschillende verschijningsvormen beter plaatsen. Hij kan dan ook gemakkelijker met het zo tegenstrijdig aandoende fenomeen van ziekte omgaan.

De ontwikkeling door een nieuw begin vanaf het 30ste levensjaar.

Een beslissend vreugdevol ontwikkelingspunt in het leven is de periode, die ongeveer met het 28ste/29ste/30ste levensjaar verschijnt. De levenscurve van de groei stijgt tot ongeveer het 20ste levensjaar, daarna volgt nog een heel jeugdige tijd en deze neemt definitief haar afscheid met de vierde periode van 7 levensjaren. Dan volgt er een beslissende wending met het 28ste/29ste of eventueel 30ste levensjaar. Heel algemeen gezien kan gezegd worden, dat de mens ongeveer tot aan dit 30ste levensjaar, wat ook een cirkelen van Saturnus rond de dierenriem betekent, volgens zijn tot nu toe heersend karma in het leven staat. Het karma betekent de som van alle krachten, die hij uit een vorig leven meebrengt en die hem in een gunstige of ongunstige vorm in deze jonge jaren ten deel vallen. Ten laatste met het 30ste levensjaar kan en moet of zou de mens uit zijn tot nu toe gevormde leven, uit zijn karma, moeten treden. Spijtig genoeg zijn deze levensperioden na het 30ste levensjaar echter vaak tot heikele lotsbestemmingen veroordeeld, zodat de mens waarachtig in zijn jeugdjaren nog vrijer van angsten en wellicht zelfs zelfstandiger verschijnt, dan in alle daarop volgende decennia.

Welk geheimzinnig gebeuren vindt heel specifiek binnen deze periodes plaats, die na het 30ste levensjaar volgen? Volgens de yoga spreekt men van de ontwikkeling van de zogenaamde energiecentra, de chakra’s. Nu is juist de spanningsverhouding werkzaam, waarbij de mens van het vierde naar het vijfde centrum, van het zogenaamde anahata-chakra naar het visuddha-chakra overgaat. Volgens de yoga ontwikkelen de chakra’s zich behalve door een actieve scholing ook door de natuurlijke eisen van het leven. Dit aankomende visuddha-chakra wordt als het “reine centrum” beschreven. In het boek “De 7 periodes van 7 levensjaren en de 7 chakra’s”, wordt door mij beschreven hoe deze levenscyclus, die vanaf het 30ste levensjaar plaatsvindt, in ieder geval een nieuw begin zou moeten teweegbrengen en hoe de omstandigheden van de menselijke natuur tegelijkertijd de bekwaamheid voortbrengen, dat het individu zich van het verleden zou moeten losmaken.

In het alledaagse leven horen beide aspecten samen: De bekwaamheid zich van iets ouds of een onbruikbaar geworden genetisch potentieel te bevrijden en de capaciteit terug iets nieuws in het leven te brengen, als het ware zoals de ontwikkeling van een nieuwe visie met een nieuwe ideeënkracht. Deze ontwikkeling van een groter perspectief, dat het genetische overstijgt, is de opgave die heel in het bijzonder met het 28ste/29ste/30ste levensjaar begint. Ze leeft in zekere zin inherent in de natuur of men kan zeggen, ze leeft in het zielsverlangen van elk individu. Heel conservatieve levensvormen en heel sterke bindingsfixaties, die elke mens kent, trekken de mensen in zekere zin voortdurend terug en willen hen terug in de karmische situatie vastketenen. Een bepaald moedig in-de-toekomst-kijken, een gewaagd denken en ook een vrijer wordend bewustzijn voor de voorstellingsvorming moet in het 30ste levensjaar in ieder geval geboren worden. De mens wordt regelrecht nog eens op een nieuwe manier volwassen.

De voorstellingsvorming van een adolescent verschilt van die van een volwassene.

Hoe vormt het individu voorstellingen over een situatie? Hoe vormt hij voorstellingen over de wereldsituatie en de wereldfenomenen? Hoe ontwikkelt hij een mening over zijn medemensen? En tenslotte rijst de vraag, hoe hij een kritiek over zichzelf ontwikkelt. Deze vraagstellingen zijn eigenlijk zinvol voor elke mens, of hij nu spiritueel of niet spiritueel georiënteerd is. Wanneer men een beter en hoopvol nieuw begin wil bereiken en het oude door leed beïnvloede bindingspotentieel wil overwinnen, dan moet men zijn denken scholen. Vanaf het 30ste levensjaar wordt de mens niet meer zo gemakkelijk iets geschonken.

Een voorstelling kan nu vanuit het waarnemen van een object gevormd worden of ze kan door zogenaamde associaties, vanuit herinneringen zonder reflectie of zonder eigen waarnemingsactiviteit het bewustzijn inpalmen. Men zal met een door subjectiviteit ingepalmd bewustzijn echter niet tot een goede voorstellingskracht komen. Verder kan het gebeuren dat de mens zich de kracht eigen maakt – en dat zou hij natuurlijk moeten – om door langere observatie en een bewust logisch denken vanuit de relatie tegenover de zaak tot een werkelijkheidsgetrouwe waarneming te komen. Aan de andere kant kan hij echter ook door suggestieve ingevingen, door influisteringen, die de tijd met hem bewerkstelligt tot een soort, zoals men zegt, mening komen. Is een mening een werkelijke actief verworven voorstelling uit een objectieve beschouwing? De suggestieve meningsvorming, die tegenwoordig de wereld regeert, is natuurlijk niet te verwarren met het woord voorstellingsbekwaamheid. Ze vindt in onze tijd in de grootste gebieden en in de breedste omvang plaats. Het is een zeldzaamheid, dat de mens zich zelfstandig tegen suggestieve invloeden en opinievormende systemen, een werkelijke waarneming en beoordeling van de zaak eigen maakt en deze in een logisch gevolg durft verder te denken. Deze uitdaging is echter juist, bij het dertigste levensjaar, volgens de natuurlijke ontwikkeling vereist want voor zijn positieve ontwikkeling moet de mens een losmaking van aangrijpende, bindende structuren van het verleden tot stand brengen.

Voor het zelfstandig worden, voor de ontwikkeling van een zelf bepalend potentieel in de zin, dat de mens leert zijn leven voldoende vrij te leiden en beslissingen vrij kan nemen, is deze vrije en vanuit de objectieve aanschouwing verkregen voorstellingsvorming absoluut noodzakelijk. Daarom is het in de zin van een ontwikkeling belangrijk, dat men het tijdstip van het 28ste , 29ste en 30ste levensjaar met zijn taakstelling zorgvuldig, ja zelfs heel wezenlijk in de beschouwing neemt.

Hoe en in welke mate van vrijheid bepaalt de mens zijn ontwikkeling? Bepaalt hij zichzelf door de zelfstandige en geschoolde aanschouwingsvorming, door een moeizaam ontwikkeld oordeelsvermogen vanuit een bewust uitgevoerde observatie? Of wordt hij min of meer geleid door de emoties van de tijd en de inpalmende krachten van angsten, die de innerlijke bindingen aanspreken. De influisteringen van de tijd met hun suggestieve elementen en de bindingen die men in zich draagt, horen in de regel bij elkaar als broer en zus. Om deze reden is de inquisitoriale raadgeving, die veel sektereferenten (in Duitsland) tegenwoordig doen, enkel mogelijk in samenhang met het bindingspotentieel en de daaruit resulterende irrationele angsten van de mens. De tijd van een inquisitie zou voorbij moeten zijn, maar het verstand wordt veelal bepaald door de angstsituatie bij het verlies van de binding. Door het onderling verband van het mechanisme van de suggestieve invloeden op de innerlijke bindingsstructuur, kunnen anders denkenden en anders georiënteerde personen op een gewiekste manier worden aangevallen. Huwelijksconflicten doen zich plots voor bij de sektereferent en de schuld wordt geprojecteerd op een spirituele leer. Het bindingspotentieel treedt in een soort van onuitgesproken en onopgemerkte symbiose met de influisteringen vanuit de interessesituatie van de tijd.

Doordat de mens observaties ontwikkelt, doordat hij een oordeelsbekwaamheid, door de zintuigen, door de waarnemingsorganen en tenslotte door een geordend denken en een daaruit logische ontwikkelde voorstelling zelfstandig voortbrengt, kan hij heel doelgericht het bindingspotentieel tegenwerken.

Opvoedingsinvloeden uit het verleden moeten nu niet langer de toekomst bepalen. Het is nu interessant, dat juist dit proces een constante, in een goede mate vastberaden bestuderen en onderzoeken van het zogenoemde kwade in de wereld vereist. Vreemd genoeg is de neiging van de mens, om zichzelf te willen beschermen en door het zich terugtrekken van het zogenaamde kwade zichzelf te redden, één van de meest noodlottige reacties die er is.

De huidige situatie met de verschijningsvorm van het coronavirus

Hoe duidelijk een terugtrekkings- en zekerheidsdenken zonder samenhang reeds ontwikkeld is, toont zich in de omgang met virussen, epidemieën en bacteriën. Scholen worden gesloten en er wordt over gediscuteerd om grenzen af te sluiten. Quarantainemaatregelen ontstaan en men koopt schijnbaar in grote aantallen alle middelen, die men voor het desinfecteren, steriliseren en voor meer bescherming tegen de aanval van het virus zou kunnen gebruiken. De mens kijkt in geen geval de vijand recht in de ogen, stelt zich niet tegenover de vijand van aangezicht tot aangezicht maar neigt, door angst vervuld, zich voor de vijand als in een loopgraaf terug te trekken. Het begrip virus werkt steeds dreigend. De uitbraak van een epidemie van deze aard schijnt onberekenbaar.

Wanneer iemand de huidige maatregelen, die in de strijd tegen het virus voorgesteld worden, wat nauwkeuriger bekijkt, dan kan hij er zelfs niet om heen dan vaststellen, dat veel meer een angst als gevarenpotentieel blijft bestaan dan de zaak zelf. De angst in deze omvang, hoe ze onbewuste, aangrijpende reacties vrijzet, omhult de mens als een vergiftigde ademlucht. De opkomende reacties betekenen niets anders dan dat de burger de moed niet opbrengt, voor zijn eigen potentieel en zijn bekwaamheid op te komen, dat hij een zaak objectief kan denken, voorstellen en beoordelen. De instinctieve reactie van het zichzelf- beschermen brengt het menselijk bewustzijnspotentieel in werkelijkheid in een onmetelijke diepte en bindt hem regelrecht terug in de wereld van karma, die hem in mindere of meerdere mate in oude structuren insluit. 1) Fysiologisch gezien kan het coronavirus in aanzienlijke mate tot een later bronchiaal carcinoom bijdragen. Niet direct maar enkele jaren later kan de zwakte, die door de longontsteking veroorzaakt werd, de dispositie voor deze volgende ernstige ziekte geven. De angsten, die heden ten dage voor de ontsteking bestaan, zijn in het algemeen zeer onproductief. Juist deze angstsituatie berooft de mens van een werkelijke versterking tot een gezonde afweer.

Het virus en zijn fysiologische betekenis

Het coronavirus behoort tot de stam van de virussen en moet van een bacterie onderscheiden worden. Voor het begrip van de leek lijkt een virus nog veel bedreigender dan een andere ziektekiem. Het virus beschikt niet over een eigen stofwisseling maar bedient zich van een gastheerorganisme en grijpt in het sturingsorganisme van het DNA in. Het is een parasiet, een uitzonderlijk geniale profiteur, die een symbiose met het menselijk cellulair organisme nodig heeft. Het geheim van alle virussen is, dat ze zich in het cellulair systeem vermenigvuldigen en zonder dit systeem niet levensvatbaar zouden zijn. Ze nemen van buitenaf een soort sturing over het lichamelijke organische apparaat over doordat ze eigen proteïneprocessen voortbrengen.

Verder is het medische standpunt interessant, dat er tegen bacteriën snelwerkende antibiotica bestaan, terwijl er tegen het virus geen effectieve geneesmiddelen bestaan. In deze zin bestaat er een groot onderscheid tussen bacteriële en virale infecties. Het is ook interessant, dat het virus ongeveer terzelfdertijd als het mond-en-klauwzeer ontdekt werd. Dit was in de tijd rond 1898/1900. Deze ontdekking was echter nog zeer geheim, daar men het virus niet eenvoudigweg als een eigen organisme kan zien. Het is als een spookbeeld, een organisme, dat niet levensvatbaar is en toch een pathologie uitlokt. Het virus is ook tegenwoordig in de zin van de diagnosemethode nog moeilijker te ontdekken dan de bacteriën, daar het in de regel enkel indirect door reactieprocessen kan vastgesteld worden.2) Technisch zijn de virussen aantoonbaar sedert het jaar 1940

Wanneer men van het voorval uitgaat, dat een virus, dat tot nu toe nooit verschenen is, volledig nieuw optreedt, dan doet dit de vraag rijzen, of dit virus misschien niet vanuit biologische oorlogsvoering, die zoals bekend bestaat, tot stand gebracht werd. Misschien mag men zich met deze vraagstelling op het dunne ijs van zogenaamde complottheorieën begeven. Uit geestelijk onderzoek blijkt daadwerkelijk, dat dit virus door mensenhand voortgebracht en geëxperimenteerd werd. Het kwam in de werkzaamheid van de wereld en laat zich epidemisch zeer goed verspreiden. Het verscheen volgens de nieuwsberichten eerst in China en van daar breidt het zich langzaam uit. Welke werkingen ontstaan daadwerkelijk voor de innerlijke, diepere situatie van het menselijke bestaan?

Het gevolg, dat niet zo gemakkelijk gezien wordt en dat in de achtergrond als een verstikkend gas ademt, is, dat diegene, die met het voorval geconfronteerd wordt -en dat is zo ongeveer iedere burger- in een afgescheiden situatie wordt gedreven. Zoals het virus een sturing van buitenaf over het cellulair organisme verkrijgt, beginnen de emoties van de mens zich in gelijke mate in een eigenaardige angstige gereserveerdheid terug te trekken. Het natuurlijke contact, de planning voor de toekomst en een vreugdig emotioneel gedrag worden verhinderd. Welke verborgen wijsheid ligt in de uitbreiding van een epidemie door een virus, met een opwelling van vreselijke angsten? Het gevolg toont vaak de oorzakelijke betekenis want wat aanvankelijk in het innerlijke ligt, stulpt zich mettertijd naar buiten. Het motief kan op de duur niet verborgen blijven. Mensen lijden het meest onder relatieverdeeldheden en ontbrekende gevoelens van onderlinge verbindingen. Het ingrijpen in het relatieleven, dat op een suggestief-manipulatieve manier door de macht van controlesystemen, media en verkeerde religieuze vormen gebeurt, ligt als motief aan de oorsprong van deze gehele keten. Onbewust verspreiden de werkingen zich en het is de angst, die de mens geselt. Indien de burger in een natuurlijk en idyllisch relatieverhouding zou staan, dan had hij minder afhankelijkheden en minder consumptie nodig en zou hij ook meer tijd hebben voor de zelfstandige realisatie van zijn individueel potentieel. Doordat hij nu meer geïsoleerd en zwakker wordt, is hij meer aangewezen op hulpstructuren, therapeutische ondersteuning en tenslotte op staatsmachten, die verordeningen treffen. Het virus, dat de huidige tijd geselt of tenminste dreigt te geselen, leidt zeer behendig de opmerkzaamheid van de mens in een merkwaardige, subjectieve richting en zodoende worden de veel dieper liggende omstandigheden van de tijd over het hoofd gezien .

De vraag, of bij het fenomeen van het coronavirus een bewust bedachte handeling bestaat, zoals iemand de uitvinding van een machine bedenkt, of indien het om wezenachtige mechanismes gaat, die zich automatisch van de mensheid bedienen, is natuurlijk interessant. Wanneer men de mens voor de uitvinding van het virus verantwoordelijk houdt, wordt men een samenzweringstheoreticus en wanneer men gelooft, dat de natuur het virus voortbrengt, dan blijft men de aangepaste burger. Fundamenteel ontstaan pathologieën enkel wanneer er in het gehele ecologische en humanitaire evenwicht grotere verschuivingen bestaan.

Daarom komt een ziekte komt niet toevallig voor, maar kan als ze een overeenstemmende reactie op een bepaalde situatie gezien worden. Of het virus nu daadwerkelijk vanuit kwaad opzet door bepaalde mensen verspreid wordt of indien het als een natuurlijk gevolg van de omstandigheden van deze tijd ontstaat, is voor de verdere beoordeling van de situatie niet noodzakelijk van groot belang.

Het gebrek aan moreel en ecologisch evenwicht, dat in de mensheid aanwezig is bestaat al sedert onheuglijke tijden, bijvoorbeeld het onevenwicht tussen rijk en arm. Er bestaan mensen in het hoog oprijzende Duitsland, die echter een boven het gemiddelde liggende portie aan werk moeten presteren opdat ze zich in het economisch leven zouden kunnen staande houden. Er zijn echter ook personen die blijkbaar door toeval of door een erfenis rijk geworden zijn, die niet op een redelijke manier hun geld verdiend hebben. Deze personen lijden aan de ziekte van de verveling en de volkomen zinloosheid. Er bestaat een vorm van pathologie bij de mens, die op basis van inhoudelijke leegte de schade van anderen nodig heeft. Het is werkelijk zo, dat er een groep van mensen bestaat, die op basis van hun tekort, met vreugde toezien op het lijden van de anderen. Ze dragen pathologische trekken, om niet te zeggen psychopathische neigingen in zich: Ze zijn in een bepaalde mate sadistisch, zonder uiterlijk gewelddadig te zijn. Doordat ze echter gebeurtenissen zoals deze, die zich heden ten dage voordoen, graag bekijken en wellust aan het noodlot van anderen beleven, initiëren ze oorzakelijk een zware lijdenssituatie in de mensheid

Het virus stuurt en verzwakt via het lichaam de menselijke gezondheid

Wanneer we de gehele cyclus bekijken, dan geven deze personen krachten af in de gehele kosmos en er ontstaan hiermee wezenskrachten die wederom die structuur ontketenen, zodat het er in de politiek, zoals men spreekwoordelijk zegt, als ‘een zootje ongeregeld’ of er ‘zoals in een gekkenhuis’aan toe gaat. Net door deze disharmonie laat men zich in de politiek zo menige uitvluchten te binnen vallen, alsook methoden, waarmee men een reeds verloren werkelijkheid in een nog meer verloren toestand brengt, zonder dat de mensen het merken. Gezien er tegenwoordig wegen bestaan om de mensheid van de werkelijkheid af te leiden en de mensen zelfs te sturen, zoals bijvoorbeeld door het inzetten van een virus als biologisch wapen, kan men een individuele versterking van het individu verhinderen en nieuwe afhankelijkheden bevorderen. Het virus echter is werkelijk symptomatisch. Het neemt een vorm van sturing over tot in de genetische structuren en de mens zelf is daaraan uitgeleverd. In verschillende delen van de wereld zullen deze infecties een grote omvang verkrijgen. Ze kunnen ernstiger, lichter of ook stil verlopen. De eigenheid van het coronavirus is juist dat het een overdragingsvorm bezit, die enkel dan controleerbaar is, wanneer de mens ook in een nog niet koortsige toestand een uitstrijkje van de slijmhuid laat nemen en dit door de verschillende reagensproeven leidt, gezien de incubatietijd al besmettelijk kan zijn.3) Er zijn ziektegevallen bekend, waarbij personen door getroffenen besmet geraakt zijn, die duidelijk nog geen of enkel zeer milde ziekteverschijnselen vertoonden. Alle mensen van een getroffen gebied door dit gebeuren met het coronavirus testen is eenvoudig weg niet mogelijk. Ook wanneer het isoleren van de zieken in China vermoedelijk een indijkende werking getoond heeft en het aantal nieuwe infecties daalde, zouden isolatie- en massatesten niet voldoende zijn om een verdere verspreiding van het virus te verhinderen.

De genezing die een virus nodig heeft, is een vorm van nieuw begin in het bewustzijn. Zolang het virus als parasiet in de cellen indringt en zijn sturingsprocessen met daarop volgende uitwerkingen voortbrengt, verzwakt de gezondheid van de mens en moet hij zich dientengevolge beschermen en terugtrekken. Problematisch in de pathologie van de virale ziektes zijn de eiwitstoffen, die als reactie door het immuunsysteem zelf gevormd worden. Bij de coronavirus-pneumonie worden de kleine ademwegen door fibro-plastische stoffen, dus pathologisch werkend eiwit versperd.

Werkelijke perspectieven en vrije denkvoorstellingen, die voor de genezing noodzakelijk zouden zijn en die het immuunsysteem zouden versterken, blijven meestal bij de patiënt in een grote terughoudendheid en daarom ontstaan supplementaire problemen. De gehele eiwitvorming moet door het bewustzijn op een doorslaggevende wijze gestuurd worden, opdat het virus in het innerlijke overwonnen wordt.

Wanneer mensen zich in zo’n vorm van verveling en inhoudsleegte bevinden, dat ze de bankbiljetten enkel nog als badwater gebruiken en met een vermeende gelukzaligheid daarin onderduiken, dan is het niet verwonderlijk, dat deze personen zo sterk negatief inspirerend op de gehele wereldschepping werken en dat ze buitengewoon slechte politieke acties voortbrengen. Eigenlijk zijn het niet zozeer de kopstukken in de politiek, die de werkelijke oorzaak voor het virus vormen, maar het zijn de meest gedegenereerde mensen, die hun midden volkomen verloren hebben en vreugde aan het sadisme beleven.

Het bestuderen en onderzoeken van het kwade en de versterking van het immuunsysteem

Op basis van deze beschouwing wordt het duidelijk, hoe het onderzoekend bezig zijn met negatieve structuren en met kwade bedoelingen, tot een zich oprichten kan leiden. Het immuunsysteem heeft het zich bestuderend bezig houden met het negatieve nodig en moet zich zodanig leren verzamelen, dat het iets tegenover deze psychische krachten van deze tijd plaatst. Wanneer het individu nu de moed vat, zich over een langere tijd in een observatie te oefenen, bijvoorbeeld met de vraag: Wat is werkelijk deze gehele angstmakerij in deze wereld? En wanneer hij begint deze observatie vanuit verschillende invalshoeken aan de hand van voorstellingen te verwerken, dan verkrijgt hij de bekwaamheid, dat, wat dagdagelijks bij hem naar binnen stroomt, het gehele suggestieve potentieel, dat hem wil overspoelen en overheersen, van binnen naar buiten te brengen. Een goede voorstellingsvorming en een onderzoekend bezig zijn met negatieve krachten kan tot het spreekwoord leiden, ‘wanneer het gevaar erkend wordt, dan is het al verbannen’. Hetgeen dat de mens onbewust opzuigt en bezet, wordt door de goede voorstellingsvorming, door de waarnemingsontwikkeling en door een daadwerkelijke scholing tot inzicht door middel van grondige waarnemingsbekwaamheid van binnen naar buiten gebracht. De immuunreactie volgt dezelfde weg. Het niet tolerabele, overgenomen psychisch potentieel, de leugens van deze tijd en de niet verteerbare suggesties bezetten niet langer de mens, maar ze worden op dat moment enkel ingeademd en met de oordeelsvorming en de bekwaamheid tot inzichtsontwikkeling op een vrije manier uitgeademd.

Hoe werkt het immuunsysteem? Het immuunsysteem werkt in praktisch opzicht altijd voor een maximaal behouden van de integriteit van de mens. Deze integriteit van de mens betekent dat de mens zich in geen geval door iets vreemds laat bepalen, maar dat hij zich door datgene, dat met zijn ontwikkeling overeenkomt, in het leven leert te integreren.4) In een bepaalde tegenstelling daartoe staat de conventionele definitie van genezen namelijk het herstellen van de gezondheidstoestand door het bereiken van de aanvankelijke toestand. (zie http://www.elsevier-data.de/rochelexikon5a/), stand van 3 maart 2020). Men lijkt hierbij minder rekening te houden met de ontwikkelingsgedachte. Het begrip’ integriteit’ is voor het immuunsysteem zeer goed geschikt. Nu mag men niet de fout maken en zeggen, dat integriteit een vorm van conserveren is, waarbij de mens tot de oude en schijnbaar zekere structuren terugkeert. Voor de ontwikkeling is er altijd een gezonde waarnemingsvorming en een levendig loskomen van subjectieve eigenheden nodig. Hij leert oordelen en inzichten ontwikkelen, die hij niet uit zijn genetische aanleg kan creëren, maar die hij door de kracht van het zich bestuderend bezighouden met de verschillende fenomenen van de werkelijkheid ontwikkelt. Hij kan dan een verwekker beter afweren of er soeverein tegenover blijven. Hoe vormt de mens zijn voorstellingen? Vormt hij ze uit een werkelijke waarneming of neemt hij de suggesties, die hem ingefluisterd worden, over en denkt hij dat het zijn eigen overwegingen zijn?

Voor de genezing van een virusinfectie moet de bekwaamheid, die met het dertigste levensjaar in de ontwikkeling komt, benut worden.5) Er bestaan een reeks van virussen die pas in latere jaren de mensen zullen kunnen aantasten. Het individu leert de verschillende verhoudingen zelfstandig te ordenen. In de esoterische vaktaal zou men zeggen, hij leert het astrale lichaam te ordenen. Wanneer het astrale lichaam geordend wordt, dan komt dat, wat niet naar binnen hoort te komen, naar buiten en dat, wat op een gezonde manier van buiten naar binnen toe georganiseerd moet worden, naar binnen en op die manier ontwikkelt men een gezonde integriteit. Zolang het virus via het lichaam reactief werkzaam is, is het voor de mens moeilijk om een vrije toekomstvisie te ontwikkelen. Hij heeft een uitgebreide denk- en voorstellingsactiviteit nodig, die niet vanuit de angsten en emoties van het lichaam gevormd wordt, maar uit een vrije activiteit van het bewustzijn zelf.

In deze zin is het bestuderend bezig zijn met het kwade, het onderzoekend bezig zijn met de tegenstandige krachten een belangrijke voorwaarde, want dat, wat niet naar binnen hoort te komen zal naar buiten geplaatst worden, en hetgeen dat echter naar binnen hoort te komen, zal men door gezonde waarnemingsvorming, door een eigen diepgaande studie naar binnen toe als iets nieuws organiseren. Binnen en buiten moeten zich voor een goede integriteit in de juiste verhouding leren ontmoeten.

Het kwade mag de mens niet in bezit nemen. De antimoraliteit, de leugen en het kwaadaardige van het materialisme moet hij op het juiste moment terug naar buiten brengen. Doordat het hem lukt, het kwade door observatie zelfstandig en zelfbepalend naar buiten te brengen, begint het kwade te spartelen. Leugens bezitten hun karakter in hun bijzonder geniepige determinatie, wanneer ze op een onbewuste manier door de mens worden overgenomen. De rijpe zelfbepaling, die met een goede en objectieve voorstellingsvorming bereikt wordt, versterkt de activiteit van het immuunsysteem. Niet enkel de verwekker behaagt deze activiteit niet, ook de leugens, die door het inzicht naar buiten in de waarneming gebracht werden, beginnen te spartelen. Het is alsof we ijs in de zon zouden plaatsen. Zoals een virus in het innerlijke sluipend en parasitair werkt en in het meest verzwakte moment van de mens overhand nemende vreemde eiwitten met navolgende giftige werkingen produceert, worden op dezelfde manier tegenwoordig de mensen door suggestieve invloeden overspoeld en in een noodlottige toestand gebracht. Een leugen verdraagt geen objectieve blik, want wanneer de leugen onder de ogen komt van deze soevereine blik, wordt de verraderlijke reactie verhinderd. Wat is een waarneming? Ze is altijd alleen mogelijk, wanneer het waarnemingsobject in een tegenover, in een objectieve vorm gebracht wordt en dat betekent, het moet van binnen naar buiten gebracht worden.

Het bestuderen en onderzoeken van het zogenaamde kwade en het anti-morele, vormt enerzijds een zeer grote vereiste voor de mens, maar draagt anderzijds de mogelijkheid in zich, de immuniteitskracht van het fagocytaire systeem op een intensieve manier te bevorderen. Wanneer het de mens lukt, voorstellingen vanuit een objectieve waarneming te vormen, overschrijdt hij de grens van zijn eigen lichaam en ontwikkelt daaruit langzaam en zeker de krachten, die hij voor een zelfbepaald en vrij leven nodig heeft. Overreacties van het immuunsysteem, die op de orgaanstructuren destructief werken, treden dan even weinig op als de passieve uitputting van de cellulaire afweer. Niet de virussen zouden het sturen van de cellen in de mens mogen overnemen, maar wel het rijpe geschoolde en vrije bewustzijn van de mens. Deze manier van genezingspotentieel zou voor de toekomst in ruime mate bevorderd moeten worden.

Anmerkungen

Anmerkungen
1 Fysiologisch gezien kan het coronavirus in aanzienlijke mate tot een later bronchiaal carcinoom bijdragen. Niet direct maar enkele jaren later kan de zwakte, die door de longontsteking veroorzaakt werd, de dispositie voor deze volgende ernstige ziekte geven. De angsten, die heden ten dage voor de ontsteking bestaan, zijn in het algemeen zeer onproductief. Juist deze angstsituatie berooft de mens van een werkelijke versterking tot een gezonde afweer.
2 Technisch zijn de virussen aantoonbaar sedert het jaar 1940
3 Er zijn ziektegevallen bekend, waarbij personen door getroffenen besmet geraakt zijn, die duidelijk nog geen of enkel zeer milde ziekteverschijnselen vertoonden. Alle mensen van een getroffen gebied door dit gebeuren met het coronavirus testen is eenvoudig weg niet mogelijk. Ook wanneer het isoleren van de zieken in China vermoedelijk een indijkende werking getoond heeft en het aantal nieuwe infecties daalde, zouden isolatie- en massatesten niet voldoende zijn om een verdere verspreiding van het virus te verhinderen.
4 In een bepaalde tegenstelling daartoe staat de conventionele definitie van genezen namelijk het herstellen van de gezondheidstoestand door het bereiken van de aanvankelijke toestand. (zie http://www.elsevier-data.de/rochelexikon5a/), stand van 3 maart 2020). Men lijkt hierbij minder rekening te houden met de ontwikkelingsgedachte.
5 Er bestaan een reeks van virussen die pas in latere jaren de mensen zullen kunnen aantasten.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *